Fiat is bezig van de typenaam 500 een merknaam te maken, net als dat ooit bij Mini werd gedaan. De Italianen willen zo de positieve uitstraling van de leuke kleine 500 op andere modellen projecteren, al hebben die in feite niets met het kleintje gemeen - op een beetje techniek na dan, zoals de motoren.
Het is eigenlijk nogal potsierlijk en we vragen ons werkelijk af of het koperspubliek maar een seconde aan de basis-500 denkt wanneer het een 500L in het vizier krijgt. Maar het idee is ontwikkeld door de marketingmensen in Turijn, die kennelijk ook daar te veel in de melk te brokken hebben.
Derde zitrij
Laten we ons er verder niet mee bezig houden en ons richten op de verdiensten – of het ontbreken daarvan – van de recentste aanwinst in de 500-familie, de 500L Living, een variant op die mini-MPV dus. Van buiten kan je niet zien dat er een derde zitrij in zit en wanneer die opgeklapt is gaat dat dus geheel ten koste van de bagageruimte, maar er passen wel twee volwassen mensen op. Omdat er natuurlijk aan de achterportieren niets is veranderd, valt het bereiken van die derde zitrij voor ‘grote mensen’ niet echt mee. Om er úít te komen is helemaal een crime, zodat we gerust kunnen vaststellen dat de Living vooral een familievriend is voor gezinnen met een paar kleinere kinderen.
Zakelijke rijders zullen de Living links laten liggen, want hij is echt niet geschikt voor taxi-achtig vervoer van zeven personen en hij biedt zoals gezegd niet méér bagageruimte dan de gewone 500L. Daarvoor zien we wel commerciële gebruiksmogelijkheden, als compacte MPV. Bovendien heeft het toch wel geinige uiterlijk potentieel als blikvanger voor reclame-uitingen, net als je dat bij Smarts, Mini’s en 500 ‘s ziet. Rijdende reclamezuiltjes.
Opvolger Multipla
Of we de 500L mooi vinden, is een ander verhaal. Hij is in alle opzichten een regelrechte opvolger van de laatste Multipla – en die had weinig aanbidders om zijn uiterlijk. Dat ik hem toevallig wél leuk vond (ik vergeleek hem altijd met Rita Tushingham, niet mooi, toch hoogst aantrekkelijk) heeft althans in West-Europa het commerciële succes nauwelijks goed gedaan. De derde stoel voorin kon dat ook niet bewerkstelligen; je kon ook op die plek beter voor het ijskastje kiezen.
Of de 500L en variant Living het wél gaan redden is ook nog de vraag. Wie zijn of haar zinnen heeft gezet op een compacte MPV stelt zich immers bloot aan een in aantal en variaties uitzinnig aantal mogelijkheden. En daarvan zijn er heel wat (Citroën C3 Picasso Ford B-Max, Mini Countryman, Opel Meriva, Renault Captur, Skoda Yeti, om er maar een paar te noemen) waar de 500L ook als Living hard tegenop zal moeten boksen.
TwinAir
Qua maatvoering staat de 500L mijlenver van de echte 500, die een ruim dertig centimeter kortere wielbasis heeft. De twee delen wel een paar motoren, zoals de TwinAir Turbo, maar anders dan bij de 500 levert de aardgas-versie hier geen 14% bijtelling op. Maar, voor de zakenrijder is de 500L Living wel goed voor 20% bijtelling, behalve wanneer er de 1,6 liter MultiJet (diesel) van 105 pk in zit. En laat dat nu net de prettigste motorisatie zijn.
In ons testexemplaar was een eveneens 105 pk sterke TwinAir Turbo geïnstalleerd en we weten dat niet iedereen verrukt is van die wat rafelig lopende tweepitter, hoe geniaal de technische opzet ook mag zijn. Je moet daar echt mee leren omgaan, wil je de herrie binnen aanvaardbare limieten houden. Shortshiften is de boodschap, op het koppel rijden en snel opschakelen. Maar als we openbaren dat het maximumkoppel hier 145 Nm bedraagt en de 1.6 MultiJet over 300 Nm, dan hoeven we u verder niets te vertellen.
Maar als je er goed mee omgaat word je wel beloond met een lage brandstofrekening. Het officiële verbruik van 4,8 l/100 is natuurlijk een utopie, maar de 5,2 die we in de (voornamelijk stads-) praktijk noteerden geeft absoluut geen reden tot mopperen.
Huiskamertje
Het rijden zelf verschilt, ook al is de demping wat aangepast met het oog op de mogelijk hogere belasting, niet van een vijfzits 500L en dat is in alle opzichten een braaf gebeuren. Hij leent zich absoluut niet tot het gooi- en smijtwerk waar zeker een wat levendiger gemotoriseerde 500 je maar al te graag toe verleidt en dat past ook niet bij zo’n gezinsvriend. Dit is in alle opzichten een vervoermiddel, maar van binnen is het wel een huiskamertje. Tot een van de talloze accessoires behoort immers ook een espressomachientje.
Fiat had ons een uitvoering ‘Lounge’ ter beschikking gesteld en die is maar € 1.500 duurder, waarvoor hij een paar wezenlijke accessoires, zoals een échte airco, parkeer- en regensensoren, plus het voortreffelijk multifunctionele display biedt. Maar voor een achteruitrijcamera én voor de derde zitrij moet extra worden betaald en dat kan je het beste doen door een passend voordeelpakket uit te zoeken. Uitzoeken geblazen is het ook bij de talrijke kleurmogelijkheden, waaronder erg veel aardige combinaties zitten. Ook in soorten bekleding is er veel keuze, waaronder lekker en mooi leer. Echt leuk aan te kleden, maar het eindbedrag op de nota stijgt dan wel snel.
Al met al is de 500L Living een sympathieke aanvulling op de al zo rijke keuzemogelijkheden in de sterk in populariteit stijgende klasse van de mini-MPV’s. Maar hij krijgt het er niet makkelijk.
Schrijf een review