In de omgeving van de Flevopolder bood Kia de gelegenheid voor de eerste testkilometers. Gezien de natte weersomstandigheden, wegwerkzaamheden en moddersporen die duiden op agrarische nijverheid was dat soms nog wel een uitdaging. Nu gaat het bij de invoering van een praktische stationwagon als de Cee’d Sportswagon natuurlijk helemaal niet om de snelste ronde, maar vooral om zaken als laadcapaciteit, gemak van laden en lossen, naast uiteraard comfort, brandstofverbruik én, bij een niets eens zo erg voormalige prijsbokser, aanschafprijs, tegenwoordig onlosmakelijk verbonden met fiscale voordeeltjes.

Klassenwinnaar
Om te beginnen met het onderdeel dat een stationcar tot een stationcar maakt: de bagageruimte is van een al heel verdienstelijke 528 liter door heel makkelijk omklappen van de achterbank te vergroten tot een prijzenswaardige 1.642 liter. De ruimste dan in z’n klasse, volgens Kia, een bewering die we niet tegen kunnen spreken.

Bovendien – of liever gezegd: daarónder – bevinden zich nog wat door een omkeerbaar deksel af te sluiten keldervakken die nog eens ruim vijftig liter aan het ruim toevoegen. En wanneer de achterbank geheel of gedeeltelijk is platgelegd, ontstaan altijd een volledig vlakke laadvloer, waarop met handige hulpmiddelen, zoals een ‘fixeerarm’, mee te voeren bagage (bijvoorbeeld een al dan niet gevulde hondenkooi) sjorvast kan worden verankerd. Allemaal niet uniek, maar slim en uiterst praktisch gerealiseerd.

Slim is ook dat de scharnieren bovenaan de achterklep een centimeter of vijftien naar voren zijn verschoven in vergelijking met de vorige 'Sporty Wagon', die bovendien ook in een krappe parkeerruimte nog open kan, waarbij je dan natuurlijk geen grote bagagestukken kunt laden of lossen. Maar het geeft weer eens aan dat er over een aantal aspecten is nágedacht.

Slimme klokken
Gaan we naar voren in het interieur, dan treffen we niets aan dat afwijkt van de andere Cee’ds. Keurig allemaal, met een overzichtelijk dashboard met hele slimme klokken (waarvan je de grootte van letters of cijfers bij de meest luxueuze versie zelf kunt instellen, bijvoorbeeld) en een goede indeling. De Koreanen zijn al even gek als de Fransen op een overdaad aan knopjes op het stuurwiel en dat is er hier dan ook mee bezááid.

Met de andere Cee’ds deelt de Sportswagon ook nieuwe elektronische hulpjes, die we aantreffen in de extra-uitrustingspakketten. Adaptieve verlichting en bochtverlichting bijvoorbeeld, een slimme parkeerassistent, rijbaanbewaking en dus ook die analoog-lijkende, maar digitaal werkende instrumenten. Allemaal: voor wie daar extra geld voor over heeft, maar daar komen we straks op terug.

Ietsje stugger
Eerst wat techniek, die uiteraard ook met de andere carrosserievormen (én de Hyundai i30) gedeeld wordt. Het onderstel voelt iets stugger aan dan bij de Cee’d hatchback, maar groot is dat verschil niet. Het veercomfort heeft kennelijk wat zwaarder geteld dan een messcherp weggedrag en dat lijkt ons bij dit carrosserietype de verstandige keuze. De stuurbekrachtiging is behulpzaam, maar niet overdreven en belemmert snelle stuurreacties niet, zoals we bij al die glibberigheid konden vaststellen. Weinig mis mee, vooral niet omdat als extra ook het Flex-Steer-systeem te koop is, waarmee de bekrachtiging in drie standen kan worden ingesteld.

Twee motoren
Er was ook geen reden om in de Sportswagon andere motoren aan te bieden, dus hebben we hier de keuze uit een 1.6 liter benzinemotor (waar we mee hebben gereden) met 135 pk (en 20 procent bijtelling), naast een voor dit werkpaard belangrijke eveneens 1.6 liter diesel met 128 pk en een lekker koppel van 260 Nm tussen de 1.900 en de 2.750 toeren. Die slikt 4.2 liter per 100 km en draagt 110 gram koolzuurgas per kilometer bij aan het milieu. Dat vindt de fiscus ook wel aardig. Standaard hebben ze allebei een zesbak, maar voor de benzinevariant bestaat ook de mogelijkheid van een zestraps dubbelkoppelingsautomaat. De diesel krijgt een traditionele zestrapsautomaat toegewezen.

Prijsboksen
Voor een merk als Kia zijn de prijzen uitermate belangrijk en voor de Sportswagon beginnen die bij € 18.995, precies duizend euro meer dan de vijfdeurs hatchback kost. Maar pas op, dan mis je de onmisbare airconditioning, waarvoor ook zo’n ronde duizend euro wordt gerekend. Een gekoeld dasboardkastje is daarbij inbegrepen, dat dan weer wel. Daarboven zijn, cumulatief, nog vier uitrusting ‘pack’s' leverbaar: Comfort (met onder meer LED-verlichting, statische bochtverlichting, inklapbare spiegels, cruise control en Bluetooth) à weer € 1000, Plus (dualzone airco, parkeer- en regensensoren, navi met achteruitrijcamera en elektrische raambediening achter) en dat kost er twéé mille bovenop, Super, ook voor weer twee mille (met parkeerhulp, rijbaansignalering, 16 inch wielen en die innovatieve klokken) en voor nóg eens twee mille Premium (leren bekleding, stoel- en stuurverwarming, elektrische stoelverstelling en adaptieve verlichting), zodat je zonder veel inspanning ook 26.995 euro’s aan deze nieuwe Kia Cee’d Sportswagon kwijt kunt. Nee zelfs € 35.995, want de diesels zijn per stuk en uitvoering € 3.500 duurder en een zestrapsautomaat komt je door het meerverbruik en bijbehorende 'afstraffing' via de BPM op € 5.500 te staan. Prijsboksen?

Fotografie: Louis Blom