We hebben toch echt ons uiterste best gedaan om in het zuinigheidswedstrijdje ter gelegenheid van de introductie van de Cuore met zo min mogelijk benzine uit te komen. Asociaal langzaam over provinciale wegen, met uitgeschakelde motor de helling af, ‘vergeten’ voorrang te verlenen op rotondes om maar niet te hoeven stoppen, stroomverbruikers uitschakelen en op de snelweg anderhalve meter achter een vrachtauto hangen, kortom de hele trukendoos hebben we opengetrokken.
Dan is het toch wel een teleurstelling dat we slechts 1 op 19,6 halen. En aan ons (collega Willem van den Elskamp en ondergetekende) lag het echt niet, want we behaalden een tweede plaats achter de equipe van Autovisie die 1 op 20,6 wist te behalen. Op zich mooie cijfers, maar nog altijd te ver verwijderd van de 1 op 23 die Daihatsu claimt.
Dat je in de dagelijkse rijpraktijk het opgegeven verbruik niet haalt, is eigenlijk bijna vanzelfsprekend, want dat wordt onder ideale omstandigheden tijdens een gesimuleerde rit vastgesteld. Meestal moet je er rekening mee houden dat je zelfs met een zuinige rijstijl een procent of 15 tot 20 meer verbruikt dan de opgave van de fabrikant. Maar als je echt alle trucjes zoals hierboven beschreven uithaalt, dan moet je nog wel wat gunstiger kunnen scoren dan de fabrieksopgave.
Overigens is het verbruikscijfer niet het enige cijfer dat de Cuore in de praktijk niet haalt. Daihatsu claimt bijvoorbeeld ook vlotte prestaties voor het nieuwe kleintje, zoals een topsnelheid van 160 km/h en 11,1 seconden voor de sprint van 0 tot 100. Aan het meten van de topsnelheid zijn we niet toegekomen, maar voor de sprinttijd noteren we 13 tellen.
Het zijn kleine smetjes op een verder tamelijk onbevlekt blazoen, want de Cuore is eigenlijk wel een stuk leuker en beter geworden dan hij was. Natuurlijk is het een klein autootje gebleven, want zijn afmetingen voldoen aan de normen die de Japanse wetgever hanteert om compacte auto’s in drukke Japanse binnensteden te kunnen bevoordelen.
Maar binnen die afmetingen is het wel gelukt om er een frivoler ogend model van te maken met veel binnenruimte. De tien centimeter langere wielbasis zorgt voor een riante binnenruimte – de beenruimte zou volgens Daihatsu zelfs overeenkomen met die van een BMW 7-serie. Het is in elk geval lekker ruimt daar en de bagageruimte is met 210 liter ook behoorlijk bruikbaar.
De nieuwe Cuore doet ook minder minimalistisch aan dan vroeger. Aan het interieur is meer aandacht besteed en de instrumenten zijn in de duurdere variant uitgevoerd als optitron-tellers, net als bij de duurdere Toyota’s en Lexussen. Er is ook een behoorlijke uitrusting aan boord en je kunt er zelfs heel veel bijkopen, zoals een audiosysteem af fabriek, een elektronisch stabiliteitssysteem of zeven airbags waaronder een knieairbag.
Wat ook meevalt is het éénliter driecilinder motortje dat voortaan 70 pk levert en de auto een stukje levendiger heeft gemaakt. We halen weliswaar niet de opgegeven sprinttijd, maar kunnen toch erg tevreden zijn over de prestaties. En de Cuore rijdt lang niet slecht, al was ons testexemplaar wel uitgerust met de - optionele – bredere 165/55-banden. Dat zou met de standaard 145/80 x 13 banden wel eens veel minder kunnen zijn.
De nieuwe Cuore is een stuk leuker geworden om te zien. En om te rijden aanmerkelijk prettiger. Jammer dat we het ambitieuze verbruikscijfer ook tijdens de zuinigheidsrit niet hebben kunnen halen, anders zou er weinig aan te merken zijn op de auto. Want met een vanafprijs van 8.499 euro is de Cuore namelijk ook nog erg betaalbaar.
Schrijf een review