Je merkt het al, we plaatsen aanvankelijk wat vraagtekens bij sommige keuzes die de mensen van de M(otorsport)-afdeling van BMW hebben gemaakt. De nieuwe M3 heeft de kracht en het postuur van een bodybuilder, maar blijkt uiteindelijk toch te kunnen dansen over de weg. Dat merken we tijdens een dozijn ronden op het Ascari-circuit van de gefortuneerde Nederlander Klaas Zwart vlakbij het Spaanse Ronda, die ons overtuigen dat BMW een fantastische topsporter op de wielen heeft gezet. De eerste rondjes deden we nog wat voorzichtig met de 420 pk sterke M3, maar toen we de juiste set-up hadden uitgedokterd, gingen ook de laatste elektronische waakhonden op non-actief en was het ouderwets driften met deze net geen euroton kostende sportcoupé.
Ja, je leest het goed, set-up. Je kunt bij de nieuwste M3 namelijk van alles instellen aan de vering, de stuurbekrachtiging, de reactie van de motor op het gaspedaal en de mate waarin de elektronica de auto toestaat om te glijden. Op de normale weg is het op een slingerend parcours bijvoorbeeld wel lekker dat de motor heel alert reageert op het gas en kun je het elektronische stabiliteitssyteem (dat heet bij BMW DSC, Dynamic Stability Control) in de minst waakzame stand zetten, zodat je zonder veel inspanning (of gevaar) een beetje kunt glijden als je plankgas een bocht uitaccelereert.
Maar op het circuit kiezen we voor een minder alerte en eigenlijk dus fijngevoeligere reactie van de motor op het gaspedaal, de strafste demping, de gevoeligste stuurbekrachtiging en kunnen we DSC uiteindelijk helemaal uitschakelen. Dan past de M3 ons als een handschoen en laten we hem zelfs in lange, snelle bochten een beetje naar buiten driften en zijn de haakse hoeken op Ascari een genot – als je tenminste de vette (265/40 x 18) Michelin Pilot Sport banden niet zelf hoeft te betalen.
Over de motor van de nieuwe M3 niets dan goeds. De van de vijfliter tiencilinder uit de M5 afgeleide vierliter V8-motor is met 420 pk zo’n 75 pk sterker dan zijn zespits voorganger en weegt toch minder. Hij draait toeren als een echte sportmotor, klinkt trouwens ook zo net mooi, en is tevens extreem soepel. Hij is - gelukkig - gekoppeld aan een handgeschakelde zesbak, maar volgend jaar komt er ook nog een sequentiële versnellingsbak, volgens de geruchten een systeem met dubbele koppeling, maar dat wil BMW niet bevestigen.
Over het uiterlijk zijn de meningen sterk verdeeld. Wat ons betreft had BMW aan de tijdloos mooie 3-serie coupé niets hoeven veranderen, maar de V8-motor vraagt extra inbouwhoogte en dat heeft voor een lelijke bult op de motorkap gezorgd, die BMW 'powerdome' noemt. Verder zuigt de motor maximaal 17 kubieke meter lucht per minuut aan en daarom zijn er meer openingen in het front dan gewoonlijk. De M3 doet daarom nogal agressief aan en dat wordt versterkt door het ongelakte carbon-dak en de donkere lichtmetalen wielen. In totaal schijnt 80 procent van de M3 gewijzigd te zijn in vergelijking met de 335i Coupé, inclusief de wielophanging, die versterkt moest worden.
Gelukkig is het interieur nauwelijks aangepast, afgezien van die standaard elektrisch verstelbare sportstoelen. En de snelheidsmeter is ook veranderd, want de schaal loopt nu tot 330 km/h. Leuk, maar de M3 is begrensd op 250 km/h en pas na een rijcursus en het overhandigen van wat munten wil BMW daar 280 km/h van maken. We denken dat er snel tuners zullen opstaan die de begrenzing er helemaal vanaf halen en dan zou de M3 vrij makkelijk de 300-barrière moeten kunnen slechten. De sprint van 0 naar 100 kost in elk geval maar 4,8 seconden.
De nieuwe M3 overtreft zijn voorganger dus met gemak in alle opzichten en vooral het geluid van de tot 8.400 toeren draaiende motor is imposant. Maar helaas is ook de prijs gestegen. Met een eurotonnetje op zak krijg je van de BMW dealer nog 500 euro terug.