De Volkswagen Caddy zag het levenslicht in de jaren '80, destijds niet meer dan een omgebouwde pick-up van de eerste generatie Golf. De populariteit van VW’s besteller nam een toevlucht toen de volgende generatie op basis van de Polo verscheen. Voor de derde generatie werd gebruik gemaakt van Touran-genen en maakten schuifdeuren hun debuut. Hiermee werd de Caddy met 850.000 verkochte exemplaren de grootste van Europa; voor het eerst werd de Caddy ook als personenuitvoering Life leverbaar. Daarmee schaart de Duitse bestseller zich in het segment van de ludospace, net als auto’s als de Fiat Doblo, Citroën Berlingo en Kangoo van Renault.
Familiegenoot
Het resultaat van de Caddy-facelift liet zich vrijwel van tevoren al raden. Het nieuwe gezicht is in lijn strakgetrokken met familiegenoten als de Transporter en Multivan, maar ook de Touran en Golf. Dagrijverlichting is nu ook aan de Caddy besteed; deze mode-accessoire wordt immers verplicht en dan kan ook deze functionele VW niet achterblijven. Ze zijn geïntegreerd in de koplampen, die overigens net als voorheen op een eenvoudige en meer gelikte manier zijn ingericht. Welke het gezicht van jouw Caddy bepaalt hangt af van het uitrustingsniveau, waarover later meer. Achteraan hebben de designers hun vernieuwingsdrang beperkt tot nieuwe achterlichten en een in carrosseriekleur gespoten handgreep, met in dit geval een stripje chroom. Doe maar luxe!
Ook in het interieur werkt de Caddy zich verder naar boven, door gebruik te maken van het nieuwste instrumentarium, bedieningspanelen voor verlichting en airco, multifunctioneel stuurwiel en doorontwikkelde navigatiesystemen. Het dashboardvak is inmiddels gepromoveerd tot een afsluitbaar kastje. Hoewel de keuze uit diverse tinten lederen bekleding een gevoel van verwennerij bezorgt, verliest men in Duitsland zijn functionele inborst niet uit het oog. De bovenzijde van het dashboard en deurpanelen zijn met kunststof uit de rekken van bestelauto’s getrokken en hebben niet die soft touch van de meeste Volkswagen-modellen. Verschil moet er zijn. Ondanks dat ziet er allemaal verzorgd uit en valt hier prima te aarden.
Verhuizen
Ruimte is natuurlijk het toverwoord dat voor de Caddy geldt. Door de gigantische vrijheid tussen dak en kruin en de riante laadruimte achterin voelt de Caddy bijzonder groot aan, daar kan geen Touran tegenop. Boven je hoofd is een opbergvak geplaatst voor paperassen en andere spullen die binnen handbereik moeten blijven. Tegenwoordig zijn zowel de tweede en optioneel derde zitrij uitneembaar om echt huis te kunnen houden. Wanneer er een verhuizing op stapel staat en alleen de twee voorstoelen mee mogen is er 3000 liter ruimte beschikbaar, een waarde die ongeëvenaard is in deze klasse. Nog meer ruimte nodig? De Caddy is er ook met langere wielbasis… Let wel even op tijdens het openen van de achterklep, die zodanig van formaat is dat je wel eens onbedoeld het hoofd kunt stoten of te dicht tegen een andere auto of muur staat.
TSI, TDI of EcoFuel
Om zich verder van zijn soortgenoten te onderscheiden kan de Caddy rekenen op de laatste techniek en moderne snufjes. Dat begint met de motoren; conventionele benzines en pompverstuiverdiesels maken plaats voor twee TSI’s en common rail diesels met 1.6 of 2.0 liter inhoud. Een aantal van deze varianten is verkrijgbaar met BlueMotion Technologies, bestaande uit onder meer start/stop-techniek, banden met een lagere rolweerstand en de herwinning van remenergie. De particuliere rijder is waarschijnlijk vooral gecharmeerd van de 1.2 TSI, die wij in de meest krachtige vorm (105 pk/175 Nm) kunnen ervaren. Een een-punt-tweetje in de ruim 1300 kg wegende Caddy (ledig!) klinkt wat overmoedig, maar dat valt in de praktijk reuze mee. Hoewel de krachtbron wat moeite heeft met de Duitse heuvels op hogere snelheden, weet de TSI ons verder op een enthousiaste manier te overtuigen van zijn kracht. De vaart komt er vanuit stilstand linear in, geholpen door de fool-proof schakelende vijfbak. Doordat de maximum trekkracht al bij 1550 toeren volledig beschikbaar is stelt de TSI zich zeer soepel op. De viercilinder gaat verder opvallend gedempt te werken – ook iets waar de techneuten rekening hebben mee gehouden. Een erg geciviliseerde aandrijflijn die in ons land niet naar meer vermogen doet verlangen om met het verkeer mee te komen. Aan de benzinezijde is extra kracht ook niet beschikbaar, de 1.4 TSI vond VW in de afweging kracht/zuinigheid niet interessant genoeg. Toch zou die variant tijdens een vakantietripje en volle bepakking nog best goed van pas komen.
Dieselen met DSG
In de tweede testauto dieselen we automatisch, en wel met de 1.6 TDI in combinatie met de zeventraps DSG-transmissie. Of er onder het Caddy-publiek veel automaatliefhebbers zijn zal moeten blijken, feit is dat Volkswagen als enige die mogelijkheid kan bieden – en dus haar kans schoon ziet. Dat geldt ook voor 4Motion, voor wie wil is de Caddy dus ook vierwielaangedreven. Omwille van fiscale redenen mist de common rail diesel drie pk ten opzichte van de standaardversie in andere modellen, maar met 102 pk en 250 Nm is dat geen issue. Ook deze zelfontbrander blijkt bijzonder goed ingekapseld. Sowieso heeft de 1.6 TDI in andere modellen van het VAG-concern al bewezen als een soepel, verfijnde krachtbron. In combinatie met de alerte DSG-7 transmissie heb je er geen kind aan om gepaste snelheid te maken. Wanneer je ‘m echt de sporen geeft lukt dat tot bijna 170 km/u en is de 0-100 sprint in 13.0 seconden een feit. Gemiddeld verbruikt deze combinatie 5.7 l/100 km (BlueMotion: 5.1), terwijl de iets sneller sprintende 1.2 TSI met handgeschakelde transmissie 6.7 liter voor zich laat noteren. Die winst van 21 procent hebben we tijdens onze gevarieerde testrit niet kunnen realiseren; de verbruiksmeter liep richting acht liter. Naast het aanbod benzine- en dieselmotoren is de Ecofuel aardgasversie met de good-old tweelitermotor onverminderd vertegenwoordigd in het leveringsprogramma. Waarom de veel efficiëntere 1.4 TSI Ecofuelmotor uit de Passat geen dienst heeft mogen doen is ons niet duidelijk.
Hoe rijdt dat nou zo’n Caddy? Eigenlijk heel vertrouwd. Bij een rustige rijstijl – iets wat toch al in de aard van het beestje zit – stuurt de Caddy gemoedelijk en reageert het onderstel soepel op de conditie van het wegdek. Het comfort is van goed niveau, ondanks dat Volkswagen voor dit model een eenvoudiger constructie gebruikt die meer kilo’s kan verdragen. Het nemen van bochten verraadt dan het hogere zwaartepunt en de ruimtelijke koets die de Caddy met zich meedraagt. Mocht het (onverwacht) zo ver komen dat de natuurwetten worden overschreden, dan biedt het nu standaard zijnde ESP een helpende hand. Ook hill-holder en mistlampen met bochtenverlichting verhogen het veiligheidsniveau van deze VW aan boord.
Conclusie en prijzen
De Caddy gaat met zijn tijd mee door te vernieuwen met meer comfortmogelijkheden, extra veiligheid en zuiniger motoren met meer pit. Zaken die niet in de laatste plaats voor Caddy Combi-rijders interessant zijn. Het praktische pakezel vormt daarmee een doeltreffend alternatief voor de (duurdere) MPV’s,zonder al te veel in te boeten op comfort, verfijning en luxe maar is ook nog steeds het beste aanbod voor prijsbewuste ruimtezoekers die geen DSG, automatische airco, navigatie, stuurbediening en dat soort luxe nodig hebben. De dealer vraagt minimaal 18.750 euro voor een vijfzits Caddy met 1.2 TSI Easyline. Deze is standaard uitgerust met 4 airbags, ESP, centrale vergrendeling en een middenarmsteun.Als Trendline (20.350 euro) komen daar elektrische ramen/spiegels, een radio/cd-speler en en een extra schuifdeur bij. Voor de Caddy Maxi is dan ook een derde zitrij weggelegd. Dieselen kan met de Trendline (25.950 euro) of in de luxe Comfortline, die dan zijn aangekleed met oa. lichtmetaal, in kleur gespoten bumpers, een chroompakket, automatische airco en lederen afwerking van stuur, pookknop en handremgreep. De Caddy Combi Comfortline is er vanaf 24.550 euro (1.2 TSI 105 pk).
Schrijf een review