Twee motoren

De Mustang komt met twee motoren naar ons land: de 5,0 liter V8 met 421 pk en 530 Nm en de 2,3 liter EcoBoost viercilinder met 317 pk en 432 Nm. We beginnen met die laatste, als Convertible. 

Ford heeft duidelijk aandacht besteed aan de wegligging van de Mustang. Hij rijdt haast Europees. Haast, want waar veel Europese auto’s op 19 inch wielen wat stuiterig worden, blijft de Mustang heel comfortabel. Het mag dan officieel een sportwagen zijn, ook op lange afstanden is hij prima inzetbaar.

Soepel

Het blok is enorm soepel. Het koppel is al heel vroeg beschikbaar, waardoor je het blok bijna als een dieselmotor kunt behandelen. Bij vollast valt ons op dat hij bij 5.000 toeren nog een keer extra lijkt te versnellen. Het doet nog het sterkst denken aan Honda’s VTEC. Het is sowieso zaak om het blok op toeren te houden als je écht wilt doorrijden.

In de Convertible laat je dat overigens al snel achterwege. De wind slaat zo hard de auto in dat het bij 130 km/h al nauwelijks meer te doen is. Een windscherm is vooralsnog niet leverbaar, dus tot die tijd even onder die snelheid blijven. In de Fastback - de coupé - voelt doorrijden een stuk natuurlijker, mede dankzij de extra stijfheid van de carrosserie. De Convertible is stijf genoeg voor een fijne rit, voor sportief rijden moet je de Fastback hebben.

De Mustang Convertible is geen lichtgewicht en zo rijdt hij ook. De auto weegt maar liefst 1.715 kg als 2.3 EcoBoost. De V8 weegt nog eens 80 kg meer. De remmen zijn dik in orde, ondervinden we een aantal keer in Duitsland, maar in snelle bochten heeft hij wel eens last van het hoge gewicht in combinatie met de mindere stijfheid omdat het een cabriolet is. Lekker bij toeren houden.

Speakers

Ford versterkt het motorgeluid van de viercilinder door de speakers. Nou ja, versterken, eigenlijk speelt Ford een compleet ander motorgeluid door de speakers af. Wij hebben niet zoveel met geluiden door de speakers en ook hier is het eerder storend dan echt leuk. Het geluid heeft een beetje het midden tussen een driecilinder dieselmotor en een Subaru boxerroffel. Helemaal thuis te brengen is het niet. Wij zouden liever een klep in de uitlaat hebben gezien, als het dan toch al harder moet klinken. Een gemiste kans.

Speakers heb je overigens genoeg in de Mustang. Standaard heeft hij negen speakers, maar tegen betaling van 2.500 euro krijg je er zelfs twaalf. Ze klinken heel behoorlijk, ongeacht je muzieksmaak. Het is sowieso zaak om die 2.500 euro uit te geven, want voor dat geld krijg je ook nog lederen bekleding, navigatie op je 8 inch grote display, fraaiere 19 inch wielen (19 inch is sowieso standaard), parkeersensoren achter, verwarmbare en geventileerde voorstoelen en ook wat mooiere afwerking in je interieur.

Euro’s

Overigens moet je niet verwachten dat de afwerking van het interieur van niveau Audi of BMW is. of van een Volkswagen Passat. Je koopt voor 47.600 euro een Mustang met 317 pk. Die gedachte moet je even in je achterhoofd houden. De afwerking voldoet echter prima, neem dat van ons aan. De materialen blijven echter wel een beetje achter bij 'de premiums.

Nu we toch over euro’s zijn begonnen, gaan we maar door met de tweede auto. De Mustang Fastback met de 5,0 liter V8. Een dubbele viercilinder voor ruim de dubbele prijs. Op ons exemplaar zit namelijk een BPM-straf van 64.185 euro. De vanafprijs is 104.500 euro. Auw. Is-ie het waard?

Emigreren

In Duitsland en België kost de Mustang V8 zo’n 40.000 euro. Zelden hadden we zo’n drang om in het grensgebied te gaan wonen. De Mustang is met de V8 namelijk een flink feest. Geen versterkt geluid, maar echte V8 decibellen. Hij maakt hebberig.

Natuurlijk geldt hier hetzelfde als bij de viercilinder. Alles is immers hetzelfde, op de motor na. In Nederland moet je een behoorlijke liefhebber zijn wil je de keuze voor de achtcilinder maken, maar zelfs als je het enorme prijsverschil met onze buurlanden even vergeet, is er wel een punt voor te maken. Hij presteert heerlijk, tovert een enorme lach op je gezicht (Totdat je bij de pomp staat. Ook hier: emigreren!!) en blijft gaan tot de teller op 262 km/h staat.

De V8 weegt als Fastback maar zo’n 5 kg meer dan de Convertible met viercilinder (1720 kg) en dat is goed te merken. Hij voelt veel vlotter aan dankzij de 104 extra pk’s, maar het grootste verschil zit hem in de extra stijfheid. Om te rijden wil je een Fastback, geloof ons.

Arme banden

De Mustang mag dan Europees rijden, Ford heeft een aantal functies aan de auto toegevoegd die behoorlijk Amerikaans zijn. Zo heb je in je menu allerhande ‘Apps’ om acceleratietijden te testen. Maar ook een 400 meter dragrace kun je timen. En voordat je dat doet moeten natuurlijk wel je banden warm zijn. Ook daar heb je een app voor: Line Lock.

Met Line Lock houdt de auto de voorremmen vast en laat de achterwielen vrij voor een opwarmsessie van 15 seconden. Het geweld dat de achterbanden vervolgens te verwerken krijgen is oorverdovend. Dat dit er standaard op zit is briljant.