In de ST-filosofie van Ford draait het niet om de meeste pk’s of snelste acceleratietijden. Ford vindt dat de ST-modellen moeten schitteren in de juiste balans van comfort, dagelijks gebruik, prestaties en verfijning. Kort gezegd: snel rechtuit of hard blèren is niet het enige dat telt. In een segment waarin minder dan 900 auto's per jaar worden verkocht, kiest Ford voor all-round zijn. 

Onderstelaanpassingen
Als we zien hoe Ford de Focus ST nu heeft verbeterd, valt die gedachte goed te staven. Terwijl de 2.0 EcoBoost met 250 pk slechts minimaal is aangepast, nu 20 Nm meer levert (360 Nm) en is uitgerust met Stop/Start-techniek, heeft Ford vooral werk gemaakt van het onderstel. Door de vering voor aan te passen en de demping rondom te wijzigen wint de Focus ST aan comfort, zonder in te boeten op rijprestaties. Om de aandrijfkrachten nog beter naar de wielen te krijgen is verder de tractieregeling Torque Vectoring slimmer geworden, terwijl het ESP nog eerder gripverlies kan herkennen en eventueel – subtiel – kan ingrijpen.

Een fijne snelle ronde in de omgeving van Barcelona leert ons dat de Focus ST onvoorstelbaar aan het asfalt kleeft. De grip is zowel rechtuit als in bochten fenomenaal, waardoor je heel stout al vroeg op het gas kunt zonder dat het vermogen in rook op gaat. Natuurlijk kunnen aandrijfreacties in het stuur niet altijd worden weggefilterd, maar wij vinden dat bij een hot hatch niet zo’n groot probleem. Spektakel is leuk, en als je vlak voor een bocht gas los laat, kun je zelfs de achterzijde een klein stapje opzij laten doen. Tegensturen, gas erop en dóór. De 2.0 EcoBoost gromt er met alle plezier op los. Tot de volgende bocht. Het geluid doet nog altijd een beetje denken aan de vijfcilinder die de vorige generatie Focus ST mee kreeg. Wat is zo’n Focus ST verslavend lekker. En dan komt die opgefriste, meer venijnige neus ook goed van pas.

Dieselen?
Maar er is nóg een Focus ST. Eentje met een dieselmotor. Dat zie je niet aan de badges op de achterklep, want Ford voorziet de 2.0 TDCi 185 pk gewoon van een rood ST-embleem. De turbodiesel is ten opzichte van de 150 pk versie uit de Focus softwarematig opgepept, terwijl de ST-uitlaat ervoor zorgt dat hij (toch) verrassend genoeg niet als een diesel klinkt. Toch is de feestvreugde in de Focus ST met dieselmotor wel ietsje minder. Hoe gretig de diesel ook is, door de korte versnellingen moet er veel meer worden geschakeld, omdat de toerenbegrenzer bij 5000 tpm nou eenmaal hardhandig ingrijpt. Bovendien zet het gehoor je op het verkeerde been omdat hij dan nog niet buiten adem klinkt. Verder is de diesel zo goed gemanierd, dat hij lineair sleurt in plaats van explosief aanvoelt. Had Ford niet het lef om de 210 pk versie van die motor (onder meer bestemd voor de Ford Edge SUV) te monteren? Die zou dan ook meteen de VAG-concurrentie (Leon, Golf, Octavia) op een tweede plan zetten. Aan de andere kant moeten we blij zijn met de 185 pk variant. Hij stoot precies 110 g/km CO2 per kilometer uit en komt daarom in aanmerking voor 20% bijtelling. En dát feit geeft de Focus ST met dieselmotor ook zakelijke kansen.

ST-2/ST-3
De Focus ST met dieselmotor is er in Nederland alleen als ST-3. Dit is de meest luxe versie met 18 inch wielen, bi-xenon, elektrisch verstelbare Recaro sportstoelen en lederen bekleding. De Focus ST EcoBoost is er ook als ST-2, waarbij de Recaro stoelen handmatig te verstellen zijn en bi-xenon ontbreekt. Optioneel is voor beide auto’s een set 19 inch wielen beschikbaar. Het staat de Focus ST erg goed, nog beter eigenlijk, maar heeft een keerzijde voor het comfort. En het ging toch om de perfecte balans, nietwaar? 18 inch nemen dus. Dat houdt ook de prijs nog een beetje binnen de lijntjes, want de Focus ST is wel iets duurder geworden. Prijzen beginnen bij 37.110 euro voor de ST EcoBoost (ST-2) en 40.260 euro voor de Focus ST met dieselmotor. (ST-3). Bochtjes pakken in een Wagon is altijd 1000 euro duurder.