Prinsjesdag heeft de discussie rondom de brandstofprijzen in Nederland weer flink doen oplaaien. Kwam de BOVAG al eerder met de berekening dat er jaarlijks een miljard aan accijnsinkomsten het land uit glipt door de toename van tanken net over de grens - waar de prijzen circa 25 cent lager liggen - bleek de geplande accijnsverhoging op diesel en LPG (respectievelijk 3 en 7 cent exclusief BTW en inflatiecorrectie) er gewoon te gaan komen.
Of die accijnsverhoging uiteindelijk ook meer oplevert, is natuurlijk de vraag. Helemaal als de wens van Groenlinks zou worden vervuld; die willen op elke brandstof nog 15 cent per liter erbij, en een deel van die lastenverzwaring op andere fiscale vlakken (schone energie en werk) compenseren.
Het verhogen van de accijns heeft daarnaast nog het effect dat de brandstofprijs minder gevoelig wordt voor schommelingen van de olieprijs. Waar dat een paar jaar geleden nog tot aanmerkelijke verschillen kon leiden aan de pomp, beweegt onze prijs nu al minder mee dan die van omringende landen. Van elke liter Euro 95 (1.84 euro) gaat al zo'n 75 cent accijns en 32 cent btw naar de staatskas. Totaal dus meer dan een euro.
Premier Rutte is nu bereid te onderhandelen over de geplande accijnsverhogingen, zo zei hij tijdens de Algemene Beschouwingen. Branchepartijen voeren een stevige lobby om die geplande verhogingen van tafel te krijgen.