De Quattro-techniek werd door Audi in de loop der jaren steeds verder verfijnd. Zo werd in 1986 het handmatig te blokkeren middendifferentieel vervangen door een zogeheten Torsen-variant, die de aandrijfkrachten variabel over de voor- en achteras verdeelt. In 2005 introduceerde Audi het kroonwieldifferentieel, dat een dynamische verdeling van de aandrijfkrachten mogelijk maakt.

Ook de consument weet de quattro-techniek te waarderen. In 2012 koos wereldwijd meer dan 43% van alle Audi-klanten voor een quattro-model. De best verkochte Audi met quattro was vorig jaar de Q5. Bij de andere modellen kiest gemiddeld één op de vier klanten voor vierwielaandrijving.