Stel je wilt wel de sportieve prestaties, maar gaat verder het liefst anoniem door het verkeer. Voor die doelgroep zijn er de wolven in schaapskleren. De sportiviteit zie je er niet of nauwelijks aan af, maar bij de stoplichtsprint laat je de rest verbaasd achter. Deze week zetten we eens tien van deze wolven op een rijtje.
Dodge Li’l Red Express/Dodge Midnite Express
Goed, met hun chromen staande uitlaatpijpen zien ze er vrij opvallend uit. Wat je echter niet zo snel zou verwachten, is dat het in feite gewoon muscle cars in pick-upvorm zijn. Daarmee zijn het een van de eerste sportieve pick-ups. Dodge kwam als eerste met de Li’l Red Express (afbeelding) als sportversie van de derde generatie D-Series. De Li’l Red Express was destijds zelfs de snelste Amerikaanse productieauto. De Midnite Express was sterk op de Li’l Red Express gebaseerd. Afgezien van de meer anonieme zwarte lakkleur, was het grootste verschil dat de Midnite Express een grotere motor had, namelijk een 7.2-liter V8 met 255 pk. In de vorm van de Warlock was er overigens al iets eerder nog een nauw verwante sportievere versie van de D-Series. De Midnite Express werd slechts één jaar geleverd, in 1978, en is daarmee de zeldzaamste sportversie uit deze serie. De Li’l Red Express werd ook nog in 1979 geleverd.
Fiat Stilo Abarth
In 2001 introduceerde Fiat de Abarth-versie van de Stilo. De sportiviteit straalde er niet (extra) vanaf, want je moet goed kijken om het verschil te zien met de ‘gewone’ hatchbackuitvoeringen. Onder de kap had de Abarth de 2.4-liter 20V-viercilinder met 170 pk. De 0-100-sprint was in 8,5 seconden afgerond. Misschien niet heel indrukwekkend in vergelijking met de hot hatches van tegenwoordig, maar destijds kon hij zich goed meten met zijn meest directe concurrenten. In combinatie met een concurrerende prijs zorgde dat ervoor dat de auto in ons land best populair werd.
GMC Typhoon
Hij mag er dan uitzien als een SUV met sportieve opsmuk, de GMC Typhoon wist wel degelijk scherpe prestaties neer te zetten. Om maar met de deur in huis te vallen: een 280 pk sterke 5.7-liter V6 zorgde voor een 0-60-mph-sprint van slechts 5.7 seconden. Dat is zelfs naar huidige maatstaven een mooie prestatie. Destijds kon hij zich meten met meerdere ‘echte’ sportwagens. De auto zal ook ongetwijfeld voor verbaasde blikken bij stoplichtsprints hebben gezorgd. De aandrijving ging naar alle vier de wielen, waarbij 65% van de kracht naar achteren ging. De GMC Typhoon werd geproduceerd van 1991 tot en met 1993. In de vorm van de GMC Cyclone was er ook een pick-upversie.
Lancia Thema 8.32
Misschien is dit van deze lijst wel de auto die de titel ‘wolf in schaapskleren’ het beste draagt. Op het eerste gezicht staat hier namelijk gewoon een keurige zakensedan waar eigenlijk niets bijzonders aan is. Totdat de motorkap open gaat, want daaronder huist een 3.0-liter V8 uit de schappen van Ferrari. De V8 was gebaseerd op het blok dat ook in de Ferrari 308 te vinden was. Het blok levert in de Thema 215 pk, goed voor een 0-100-sprint in 6,8 seconden en een topsnelheid van 240 km/h. De latere versie met katalysator was ietsje minder krachtig en snel. De Thema 8.32 is ook de eerste auto met een achterspoiler die elektronisch tevoorschijn komt uit in dit geval de achterklep.
Opel Zafira OPC
U zoekt een grote, maar vlotte familieauto? In 2001 introduceerde Opel een OPC-versie van de Zafira. De 192 pk onder de kap zorgde voor een 0-100-sprint van 8,2 seconden en een topsnelheid van 220 km/h. Daarmee was de auto bij introductie de snelste MPV op de Europese markt. Tenzij je de auto in OPC-blauw bestelde waren de prestaties niet zozeer aan het uiterlijk af te zien. De Zafira OPC kreeg iets dikkere bumpers en lichtmetalen OPC-velgen, maar ging desondanks vrij anoniem door het leven. Hoewel een sportuitvoering van een MPV niet de meest logische combinatie is, waren de verkopen goed genoeg om Opel te doen besluiten om ook van de tweede generatie Zafira een OPC-versie te ontwikkelen.
Peugeot 308 GTi
Het modellenaanbod van de eerste generatie Peugeot 308 werd in 2010 uitgebreid met een GTi. Aan veel meer dan een subtiele spoiler boven de achterruit en een dubbele uitlaat was deze sportversie niet te herkennen, maar onderhuids ging het er gelukkig iets spectaculairder aan toe. Daar huisde een 2.3-liter viercilinder met een vermogen van 200 pk. De sprint naar de 100 km/h was in 7,7 seconden afgerond. Zo subtiel als de eerste generatie 308 GTI was vormgegeven, zo uitbundig pakt Peugeot het aan met het huidige model. Duidelijk dikkere bumpers en zelfs een carrosserie in twee kleuren…
Skoda Octavia vRS
De Skoda Octavia (v)RS is nooit de meest uitbundig vormgegeven auto geweest, maar de meest anonieme is misschien wel het allereerste model. In 2001 werd het Octavia-aanbod uitgebreid met de vRS. De auto werd aangedreven door de 1.8-liter 20vT-viercilinder, die was opgeschroefd tot 180 pk. Uiterlijk bleven de wijzigingen ten opzichte van het standaardmodel beperkt tot een voorbumper met subtiele onderspoiler, een (bij de Combi heel subtiele) spoiler achterop en een grotere uitlaat die in de bumper zelf zat in plaats van eronder. De onopvallende vormgeving van de eerste Octavia vRS maakte de auto overigens een populaire onopvallende politieauto bij de Britse politiekorpsen.
Volkswagen Golf IV GTI
De Golf GTI is een icoon, maar door GTI-liefhebbers wordt de vierde generatie vaak als een net-niet-model gezien. In de eerste plaats is het met stip de meest anonieme GTI, want aan veel meer dan GTI-badges zag je niet dat je in de iconische sportversie kwam voorrijden. Onder de kap was een 1.5-liter viercilinder te vinden die een bescheiden 110 pk leverde. Een 0-100-sprint van negen seconden is ook niet indrukwekkend voor een GTI. In feite kan men nauwelijks spreken van een wolf in schaapskleren, maar daarmee is het in zekere zin wel de opvallendste Golf GTI. Gelukkig had VW destijds ook de R32 al…
Volkswagen Passat R36
Een Volkswagen Passat R kunnen we ons nu eigenlijk moeilijk voorstellen, maar Volkswagen bracht hem in 2007 toch echt op de markt. Die sportversie ging als R36 door het leven en was er zowel voor de sedan als de Variant. Onder de kap bevond zich een 3.6-liter VR6-motor, met een vermogen van 300 pk. De 100 km/h was in 5,6 seconden afgerond (5,8 voor de Variant). De visuele aankleding van het sportmodel hield men vrij subtiel, met wat grotere luchtinlaten vóór, dubbele uitlaten achter en modelspecifieke 18-inch lichtmetalen velgen.
Volvo 850 T5-R
Ook het vooral zakelijke Volvo waagt zich aan sportversies. Zo introduceerde het in 1995 in samenwerking met Porsche de T-5R-uitvoering voor de 850, zowel voor de sedan als de Estate. De vijfcilinder onder de kap leverde 243 pk en wist de familieauto in slechts 5,8 seconden op de 100 km/h te krijgen. De topsnelheid was elektronisch begrensd op 250 km/h. Dé kleur voor de T5-R is natuurlijk het bekende crèmegeel, maar in de andere kleuren (zwart en donkergroen) was het een behoorlijk anonieme sprinter. De 850 T5-R werd maar één jaar geleverd. Wereldwijd werden in dat jaar 6964 stuks verkocht, waarvan 489 exemplaren hun weg naar Nederland vonden.
Schrijf een review