Het lef van Citroën om een DS-label met verschillende nieuwe modellen in het leven te roepen verdient alle lof. Met de DS3, DS4 en nieuw geïntroduceerde DS5 creëert het merk een submerk met een identiteit die bewust verschilt van de vertrouwde C3, C4, C5 en andere ‘mainstream’-modellen. Doel is natuurlijk om nieuw publiek aan te spreken en het merk Citroën verder uit te bouwen. Dat na twee jaar al 200.000 DS-modellen zijn verkocht, bevestigt dat het DS-label zijn uitwerking niet mist.

Anders dan anders
Net als de DS3 en DS4 ligt de nieuwe DS5 onmiskenbaar op het netvlies. Citroën zet bij de ontwikkeling van deze modellen een designteam vol creativiteit aan tafel. Misschien is de DS5 daar niet alleen het nieuwste, maar ook het beste voorbeeld van. Want ten eerste, hoe valt het model te plaatsen? De breed geprofileerde neus zou op een crossover niet misstaan maar de lage, aflopende daklijn is weer meer iets voor een hatchback. Daarnaast siert de DS5 zich met allerlei unieke details, die overigens niet altijd even praktisch zijn. Zo is de chromen sierlijst die vanuit de neus langs de voorschermen voorbij de voorruit loopt een fraaie creatie, maar beperkt de kleine achterruit het zicht naar achter. Hier gaat vorm boven functie en dan heeft de achterruitwisser het formaat van een koplampwisser op een oudere Volvo. Het doel van deze benadering is ons echter wel duidelijk; de DS5 moet net als de andere DS-modellen eerder sportief dan charmant voor de dag komen. De verchroomde dubbele uitlaat en 18 inch lichtmetalen wielen versterken die indruk. De DS5 lijkt door de bank genomen op een studiemodel dat zo van het podium is gereden. En dat vinden we eigenlijk wel leuk. Niet? Dan kun je alsnog bij de dealer terecht voor een alternatief dat begint met de C. Al laat de DS5 zich qua proporties weer niet direct vergelijken één van die modellen.

Speciaal zijn vraagt offers
Wie letterlijk instapt in de wereld van de DS5 ziet een interieur dat je gerust niet alledaags kunt noemen. Ja, twee voorstoelen en een achterbank zijn present, maar het ruime zicht naar voren, de lederen stoelen met horlogebandmotief (desgewenst tweekleurig of met massagefunctie), het volledig digitale instrumentarium, drie afzonderlijk dakramen met individuele zonwering én daartussen een dakconsole met allerlei schakelaars getuigt wederom van originaliteit. Dat ten behoeve van het design de bediening van de elektrische ramen, startknop en het head-up display niet op de meest logische plek te vinden is zul je voor lief moeten nemen. Dankzij de druk-en-draai-knop met sneltoetsen in de middentunnel en stuurbediening zijn de belangrijkste zaken binnen handbereik. Wel missen we aflegruimte voor bijvoorbeeld de mobiele telefoon, ook al voorziet de standaarduitrusting in Bluetooth.

Feit is dat Citroën door middel van expressief design en gevarieerd materiaalgebruik (leder, aluminium en chroom) je het gevoel wil geven in iets speciaals te rijden. En dat is zeker gelukt, al moeten we eerlijk zeggen dat deze benadering wel ten koste is gegaan van binnenruimte. Met het zicht naar voren is niets mis – integendeel – maar achterin komen we door het dakraam hoofdruimte tekort. En omdat de voorstoelen fors bemeten heb je ook niet de vrijheid om onderuit te zakken.  Zowel hoofd- en beenruimte houdt niet over. Toch is dat jammer, want een DS5 kan door zijn formaat probleemloos als reisauto dienen en dan is de geboden ruimte toch ook belangrijk. Belangrijker dan bij een DS3, in ieder geval.

1.6 THP automaat
Eigenzinnig als de DS5 toch moet zijn biedt Citroën een aantal overeenkomstige aandrijflijnen. Zo staat de 1.6 THP 155 met zestrapsautomaat aan de basis en kun je echt vaart maken met de handgeschakelde THP 200. Ook is er een e-HDi 100 met gerobotiseerde zesbak (waarover zometeen meer) en maakt zelfs een zuinige dieselhybride onderdeel van het leveringsprogramma. De 1.6 THP automaat die wij als eerste hebben gereden voelt zeker niet als ‘instapper’. De turbomotor heeft 240 Nm te bieden en de sleur komt er snel in. Verlangens naar meer vermogen dan 156 pk hebben we niet. Wel zou de zestrapsautomaat nog een tandje soepeler kunnen op- en terugschakelen. Zo nu en dan zijn de gangwissels voelbaar en dat is nergens voor nodig. Ook reageert de transmissie bij het inzetten van een tussensprintje te assertief door een te lage versnelling voor te schotelen. Zodra je dan ‘van schrik’ gas los laat, wordt er niet opgeschakeld. Dat gebeurt pas zodra je het gaspedaal (iets) beroert. De automaat laat zich ook met een tikje tegen de pook ‘manueel’ schakelen en dat verloopt altijd soepel. De THP is geknipt voor de DS5, de automaat verdient dus nog een beetje opvoeding.

Dieselen met semi-automaat (en 20% bijtelling)
Met dank aan de HYBRID4-diesel en de e-HDI 110 EGS heeft Citroën zakelijk rijders leuks te bieden, want beide versies komen in aanmerking voor 20% bijtelling (ook na 1 juli 2012). Vraagtekens stellen bij de kracht van de 110 pk sterke dieselvariant is niet nodig. Net als in bijvoorbeeld een Peugeot 3008 voelt de 1.6 literdiesel zich kiplekker. Zijn soepele aard en zes goed gespatieerde versnellingen zorgen dat de vaart er altijd in kan blijven, altijd met een bescheiden dieselklop. Koppelen en schakelen is bij deze dieselmotor uit handen genomen door de EGS-transmissie. Deze semi-automaat – in feite is het een handgeschakelde zesbak die door een robot wordt bediend – is in de automatische modus niet altijd even voorspelbaar en schakelt soms op het verkeerde moment op of terug. Je kunt met behulp van de flippers zelf de regie bepalen en dat verdient onze voorkeur. De EGS-bak schakelt in de manuele modus sneller, maar ook bruusk. Je wordt er het snelst vrienden mee wanneer je net voor een schakelcommando even het gas lost. Eerlijk is eerlijk, de automaat uit de THP 155 (ook leverbaar in de HDi 160) geniet dan onze voorkeur. Waarom de ‘echte’ automaat niet voor de e-HDi 110 is weggelegd? Dat zou de diesel iets onzuiniger maken. Bovendien werkt het (overigens supersnelle) start/stop-systeem uit de e-HDi (nog) niet met een traditionele automaat samen.

Straf rijden, licht sturen
Goed, van de twee gereden DS5-en is de THP 155 onze favoriet. Die krachtbron sluit – los van de automaat - nog iets beter aan op de DS-filosofie, waarin een dosis dynamiek niet mag ontbreken. Denk namelijk niet dat de DS5 een vooral comfortabele reisauto in ‘hatchback-verpakking’ is, zoals Renault met de Vel Satis heeft laten zien. De DS5 heeft weliswaar een vrij comfortabel veerkarakter maar is straffer gedempt dan de vertrouwde Citroëns. In combinatie met een grote maat lichtmetaal (18 of 19 inch) wordt de conditie van het wegdek soms iets te nadrukkelijk doorgegeven. De THP 155 stond op winterbanden en had daar overigens minder last van. Juist omdat de DS5 eerder sportiever dan gemoedelijk in het leven staat valt er op de besturing ook nog wel iets aan te merken; die nèt iets te licht en vrij gevoelloos. Die combinatie bezorgt een afstandelijk stuurgevoel dat niet uitnodigt tot een beetje leuk sturen, zoals het DS-label impliciet belooft.

Conclusie
Als je anders dan anders bent, wordt er over je gesproken. Dat geldt ook voor de DS5, een creatieve uitspatting die je – als het je smaak is - een speciaal en zelfs begeerlijk gevoel bezorgt. Dat de expressieve Fransoos niet de ruimste is en je regelmatig naar het juiste knopje laat zoeken, hoort er dan maar bij. De (semi-)automaten zijn niet echt onze favoriet maar de motorisaties passen de DS5 uitstekend. Eigenzinnig zijn in de middenklasse heeft wel zo zijn prijs want de DS5 is wel iets duurder dan een C5.