Laten we er niet omheen draaien. De Audi RS6 is bijna een onwerkelijk apparaat. Het is – naast de R8 - het product van Audi waar het merk al haar kennis en kunde in heeft gestopt. Ook de designers kregen meer vrij spel dan ooit. Laten we daar mee beginnen. Kun je de Audi S6 nog van enige vorm van sportieve subtiliteit noemen, om de RS6 kun je niet heen. Natuurlijk is deze ultieme-Avant nog steeds als zodanig herkenbaar, maar het zal je niet lukken om de buren te foppen om te zeggen dat dit een A6 met S-line pakket is. Dat wil je ook helemaal niet. De blauwe lakkleur en heldere LED-dagrijverlichting in de koplampen verraden zijn status als eerste, dat ziet er bijzonder flitsend uit. Temeer omdat de Avant gewoon een dijk van een auto is; 4.93 meter lengte en een breedte van net geen 1.90 meter. En dan: hoogglans zwarte grille en luchtinlaat, geen mistlampen onderin (die truc kennen we!), alu-look buitenspiegelbehuizing, en 20 inch lichtmetaal met slanke spaken in flink gespierde wielkasten. Deze Audi moeten we héél serieus nemen. Achteraan gaat het imponeren vrolijk verder. De diffusor en twee forse uitlaten kunnen bij het gemis van een eventueel afwezige typeaanduiding je eveneens niet misleiden. Enige vorm van overdrijving is er niet bij, maar duidelijk is wel: dit is géén kinderspel.

Eerst binnen kijken

Wanneer je jezelf of andere nieuwsgierigen een blik binnenin gunt, komt de aap nog eens uit de mouw. Het afgeplatte sportstuur met aluminium afwerking en geperforeerd leder in de donkere cockpit oogt krachtig en veelbelovend. Geen overbodige luxe maar domweg broodnodig wanneer je met deze spierbundel onderweg bent. Net als stevig en capabel zitmeubilair trouwens. Daar zorgen de eveneens lederen sportzetels met geïntegreerde hoofdsteunen wel voor. Audi heeft daar nog maar even een RS6 logo in verwerkt, net als de badge op het stuur en het logo in de toerenteller. Carbon en en aluminiumafwerking voor de middenconsole en –sierlijsten op dashboard dikken het geheel nog eens aan. Tot slot maken de sportpedalen verder het verschil.

En dan, onzichtbaar maar misschien wel het allerleukste, ‘the machinery’. Onder de kap huist de krachtigste motorisering in een productiemodel van Audi ooit, die deze Avant ook meteen tot de snelste stationwagon (met de E63 AMG Estate in zijn kielzog op de 0-100 sprint) bekroont. De ingenieurs moeten wel bij de ontwikkeling vrijwel continu in hun hoofd het credo ‘Vorsprung durch Technik’ in gedachten hebben gehad. Dat moet ook wel, als je de komende tijd een overweldigend antwoord wil geven op de concurrentie en de stijgende (maar niet onbesproken) vraag naar meer pk’s. Gewend aan 507 pk in de M5? Is de 517 pk uit de E63 AMG niet meer leuk genoeg? ‘You want more?’ Kom maar naar Audi, daar staat de RS6 grijnzend klaar met 580 pk. Goed voor een top van 250 (even zeuren en de begrenzer houdt zich koest tot 280 km/u) en een 0-100 sprint in 4.6 seconden. De boosdoener is een 5.0 TFSI V10, die met dubbele turbolading ook een overdaad aan koppel beschikbaar stelt; 650 Nm en dat tussen 1500 en 6250 toeren. Ideaal voor soepeltjes inhalen….

Grenzeloos

Maar nu even niet. Eerst willen we wel eens ervaren hoe 580 pk in realiteit aanvoelt, want de op de factsheet staat het toch wat onwerkelijk. We zijn inmiddels maar zo snel mogelijk naar Duitsland gereden – netjes 120, dus -, want dit is de beste habitat voor deze bloedsnelle asfaltverslinder. Onderweg per RS6 in ons kikkerlandje voelt aan als een kwelling voor het Nederlandse volk. Elke toefje gas is al genoeg voor een (on)bedoelde acceleratie met illegale snelheden tot gevolg. Wanneer de zestrapsautomaat in D staat – S tronic kan al dit V10 geweld nog niet aan – kun je nog subtiel te werk gaan, maar in S moet de gasvoet echt worden bedwongen. Hij wil zo graag, maar mag meestal niet. Afijn, ruim een uur later: olie op temperatuur, veilige autobahn, lege oprit. Tiptronic in S – zelf schakelen met de selectiehendel of paddles aan het stuur kan ook - , timer in de hand (van de passagier) en gaan! Ons blauwe monster stuift weg, zonder zichtbare rubbersporen achter te laten. Quattro vierwielaandrijving is natuurlijk standaard, en die weet de immense kracht razendsnel te verdelen. Geen kwispelend achtersteven en rokend rubber dus, stilstand is achteruitgang bij Audi. Een eerste blik op de snelheidsmeter – ook digitaal weer te geven, kun je het goed zien - leert ons dat we de 100 al lang en breed gepasseerd zijn. Die snelheden zijn hier duidelijk niet belangrijk. Vol verbazing tikken we in no-time 180 aan, ook na 200 blijft de acceleratie een lachtertje. De RS6 blijft gewoon gaan, de 580 pk’s uit de V10 hebben regelrecht maling aan de luchtweerstand en zijn leeggewicht van 2000 kilo. Fluitend razen we de magische 250-grens voorbij, een snelheid waar het bij de meeste bolides ophoudt. Maar goed, Audi weet ook dat dit familielid meer eer mag hebben, richting de supercars. Dus ziet de altijd aanwezige begrenzer optioneel het tot 280 km/u door de vingers. Na iets meer dan een halve minuut komt de spelbreker in actie, want opeens is het feest over. Zie je het voor je? Waar je zelf misschien gewend bent om de laatste kilometers van je eigen trotse bezit er met de wind mee uit te persen, suist de RS6 als een tornado ongestoord door en lijkt er geen grens aan die voorwaartse drang te komen. Die is er natuurlijk wel, maar die ligt pas ruim boven de 300 km/u en of dat de banden (en de inzittenden) leuk vinden…Een blik op de toerenteller leert dat het er onder de motorkap bij die snelheden nog relatief ontspannen aan toe gaat. Bij 290 digitale kilometers – een fractionele afwijkingen nemen we graag voor lief – draait de tiencilinder net 4800 toeren. Alsof het niets is! Dat is natuurlijk andere koek dan de racy V10 uit de M5, die juist in de toeren klimt. Dit gegeven versterkt zijn karakter als bovenstaander. ‘Leuk jongens, mag ik er langs? Ik en mijn 580 pk hebben nog even’. Als coureur aan het stuur wel eerst even een blik op de brandstofmeter werpen en de aanwezigheid van benzinestations verkennen. De krachtcentrale moet natuurlijk wel veelvuldig beloond worden. Ook bij 100, als we het met maar 1700 toeren moeten doen. 1 op 10 halen is er dan nog niet bij. Voor wat hoort wat.

Sprintjes trekken is leuk, maar de RS6 kan veel meer. En laten we eerlijk zijn, dat wil je ook meemaken! Onze RS6 is uitgerust met het sportonderstel plus, dus we hebben alles in huis. Via het MMI-bedieningsysteem in de cockpit kunnen we de afstemming van het onderstel aanpassen aan ons humeur. Wie heel enthousiast onmiddellijk de sport-modus instelt wordt vrijwel direct met zijn neus op de feiten gedrukt. Dit is stug, zeg! ‘Niet zeuren, pak aan! Je wilt toch het maximale?’ We zijn echter niet op het circuit, dus kiezen wij nog steeds voor dynamic. De iets mildere Comfort-setting bewaren we voor de zondag. Door de geregelde vierwielaandrijving en het fijngeslepen onderstel liggen de grenzen der natuur ver weg. Vrijwel elke bocht neem je sneller dan je denkt, daar schuilt dan het gevaar, maar het is zalig om met de lekker zware besturing en de gekozen versnelling in een haal uit te accelereren. Dat kan een hoge of lage versnelling zijn, zeker van 2000 toeren is de sleurkracht volop aanwezig en kun je ervaren hoe de donkere klanken over gaan in ongegeneerd gebrul. Ook drempelwegen worden op deze manier toch nog leuk. Remmen doet hij ook als de beste, de RS-remklauwen zijn er niet alleen voor de sier. De grens lijkt vooral bereikt te worden door opdoemende medeweggebruikers of oom agent. Die laatste zag ons alleen toen we in de file stonden en keek ons met een vermaarde blik aan. Tsja, ook met een gangetje van 30 ziet-ie er snel uit. Of zouden we toch te langzaam rijden?

Streep erdoor of eronder

Nu weer even serieus, want we zijn bij de prijslijst aanbeland. Verdient deze geweldenaar de hoofdprijs? Eigenlijk wel, hoezeer we ons daar ook mee in de vingers snijden. Met de ijzingwekkende krachtstromen die de RS6 Avant met overtuiging in bedwang weet te houden verlegt Audi nog niet eerder ontdekte grenzen in dit segment. En ja, dat heeft een prijs. Het orderboek wordt er pas vanaf 166.575 euro bijgehaald. Met de getoonde 20 inch wielen – standaard komt 19 inch mee - , een schuif-/kanteldak, sportonderstel plus, telefoonvoorbereiding met functie met snoerloze hoorn en nog een aantal andere zaken prijkt er onderaan de streep een bedrag van 177.900 euro. Optie 2 is de sedan, die grofweg drie euromille minder kost. Zeker, daar kun je ook wel een appartement voor kopen, maar wie een RS6 aanschaft wilt helemaal niet naar huis.