De Infiniti Q70 begon zijn carrière als Infiniti M. De zakensedan maakte zijn debuut op de Nederlandse markt in 2010 en stond met louter krachtige motoren in de showroom, waaronder een zescilinderdiesel. Omdat de CO2-gestuurde BPM toen nog niet zo gedreven was, bleef de Infiniti M nog relatief betaalbaar. Vorig jaar gooide de BPM dermate roet in het eten dat de aanschafprijs werd opgedreven richting negentig(!) mille.
Geen 20%, wel lagere prijs
Met dank aan de facelift – waarbij de Infiniti M tot ‘Q70’ is omgedoopt – krijgt de luxe Japanner nieuwe carrièrekansen. Helemaal omdat de importeur de prijzen voor de zakelijk rijder op scherp heeft gezet. De nieuwe dieselmotor is namelijk wel flink zuiniger dan zijn voorganger, maar trakteert de auto niet op 20% bijtelling, zoals de BMW 5 Serie, Audi A6 en Mercedes-Benz E-Klasse die nu wel genieten. Een snelle rekensom leert echter dat de Infiniti Q70 2.2d met zijn vanafprijs van 44 mille net iets scherper geprijsd is dan die concurrenten, wat het netto bedrag aan bijtelling deels kan compenseren. Tegelijkertijd is de Q70 aanzienlijk luxer uitgerust, maar daarover zo meer.
De nieuwe 2.2d dieselmotor beleefde zijn debuut in de Q50 sedan en is een ‘oude bekende’ van Mercedes-Benz. Hij vervangt de (sterkere) 3.0d zescilinder Renault-Nissan diesel die geen 129 gram maar 199 gram CO2 de lucht in blies. Hoewel de Q70 een vrij zware auto is, blijkt de opgegeven 170 pk en 400 Nm ruim voldoende tot zijn recht te komen. De viercilinder is net als in de Q50 en diverse Benzen getrouwd met de zeventrapsautomaat van de Duitsers.
Gasrespons
Deze combinatie werkt in een E-Klasse zeer ontspannend, maar zou de Q70 als meer prestatiegerichte sedan wat gezapig maken. Daarom is de aandrijflijn assertiever gekalibreerd zodat de gasrespons vinniger is en er later wordt opgeschakeld. Slechts bij vertrek vanuit stilstand merk je dat de diesel met zijn enkele turbo even wakker moet worden om 1872 kg in gang te zetten, ondankds dat het maximumkoppel bij 1600 toeren beschikbaar is. Je merkt dan ook dat de Duitse diesel stiekem een knorrepotje is. Eenmaal op (constante) snelheid keert de rust aan boord snel terug en is de Q70 een lekker comfortabele kilometervreter, waarmee je ongeveer 1 op 15 kunt halen.
Wie rolt op de optionele 20 inch wielen uit het S-sportpakket merkt wel dat korte oneffenheden nadrukkelijker worden doorgegeven; de keerzijde voor ‘het oog wil ook wat’. Alhoewel, het sportpakket bevat geen verlaagd onderstel, en dat zou zijn looks wel af maken. Toch moet je de Q70 met CO2- en BPM-onvriendelijke 3.7 V6 bestellen als je echt dynamiek zoekt, want die versie voorziet in vierwielbesturing. Standaard wordt de Q70 2.2d geleverd met 18 inch wielen, die hem overigens keurig staan en is de traditionele besturing mooi in balans, maar niet zo direct als in een Q50.
Facelift met LED-verlichting
Beide sets wielen komen overigens nog uit de tijd dat de Q70 nog als Infiniti M door het leven ging. De facelift heeft wel andere optische updates om het lijf zoals andere bumpers, een nieuwe grille, LED-koplampen en LED-achterlichten, waarmee de Japanner iets sprekender de wereld in kijkt dan de M, die wat anoniem bleef.
Zoals eerder genoemd stelt de nieuwe Q70 zich ook in de kijkers met een scherpe prijs en omvangrijke standaarduitrusting. Nu zal geen enkel merk bij een auto van dit kaliber een karige auto afleveren, maar het feit dat de Q70 niet zonder halflederen bekleding, LED-koplampen, 18 inch wielen, zeventrapsautomaat, achteruitrijcamera, keyless go, Bluetooth en elektrisch verstelbare stoelen geeft toch op positieve wijze te denken. De twee mille duurdere Business Edition is de meest courante uitvoering omdat deze over standaard navigatie beschikt. Voor 46 mille heb je dan weinig meer te klagen. Ok, volledig lederen bekleding en stoelverwarming is fijn, en dan betaal je 47.495 euro voor de Q70 Business Premium.
Schrijf een review