Nieuwer dan nieuw kan de Avensis niet zijn. Samen met de iQ is deze Toyota de vertegenwoordiging van een nieuwe designtrend, waarbij de ontwerpers de nadruk hebben gelegd op een scherp getekend ontwerp, in plaats van het strakke ‘zakelijke’ dat de vorige generatie zo goed kenmerkte. Daarnaast is het onderstel verder verfijnd en werd nog meer aandacht besteed aan geluidsisolatie en de reductie van trillingen.

Verder is de Avensis het voorbeeld van Toyota Optimal Drive. Een credo voor krachtige motoren met een lager brandstofverbruik en gunstiger emissie dan voorheen. De benzinemotoren, die een inhoud van 1.6, 1.8 en 2.0 liter hebben, zijn kersvers. Vooral de 1.6 is relatief krachtig; deze levert 132 pk. De 1.8 en 2.0 laten respectievelijk 147 en 152 pk voor zich noteren. Ook de trekkracht is goed voor elkaar: 160, 180 en 192 Nm voor het trio. De twee sterkste motoren kunnen in plaats van de zesbak worden gekoppeld aan een zeventraps CVT automaat, ook al een noviteit. Het brandstofverbruik blijft nagenoeg gelijk, dus kunnen alle benzinemodellen rekenen op een A of B label, want ze verbruiken 6.5-7.0l/100 km

Het dieselpalet bestaat uit de 126 pk sterke en 300 Nm krachtige 2.0 D-4D en 2.2 D-4D. Die laatste is er in twee varianten, met 150 (340 Nm) en 177 pk (400 Nm). Vooral die laatste maakt de Avensis een vlotterik: honderd halen duurt slechts 8.5 seconden.

Automaatliefhebbers kunnen worden verblijd: Toyota heeft nu een zestrapsautomaat beschikbaar voor de 2.2 D-4D 150 pk. Deze – en de topmotorisering – is dan voorzien van D-CAT, Diesel Clean Advanced Technology, dat de uitstoot van koolwaterstoffen (HC), koolmonoxide (CO), stikstofoxiden (NOx) en fijnstof (PM) verder reduceert. Deze zelfontbranders laten een B-label noteren (2.0 en 2.2 D-4D handbak). De automaatversie ontvangt een D-label en de topdiesel een C. Het verbruik varieert van 5.4-6.0l/100km.

Voor de nieuwe telg in het gamma staan vier uitrustingsniveaus klaar: Comfort, Dynamic, Wagon Panoramic en Executive Business. De Comfort is als instapper al uitgerust met zeven airbags, ESP en tractiecontrole, elektrische handrem, airco, radio/CD/mp3 met zes speakers, elektrisch bedienbare ramen voor en 16 inch stalen wielen.

De Dynamic voegt daar onder meer automatische airco, Bluetooth, lichtmetaal, mistlampen, cruise control en Titanium interieuraccenten aan toe. Voor de Wagon is er nog de Panoramic, die – u raadt het al – een panoramisch glazen dak heeft, privacy glass, 17 inch lichtmetaal, nog meer speakers en parkeersensoren heeft.

Het meeste vertier en luxe vind je in de Executive Business, waarin lederen bekleding, elektrisch verstelbaar stuur en stoelen, parkeerhulpcamera en navigatie de hoofdrol spelen.

Optioneel zijn daar nog tal van veiligheidsfeatures als bi-xenon koplampen, bochtenverlichting, adaptieve cruise control en rijbaanhulp aan toe te voegen, evenals het Pre-Crash Safety System (exclusief voor 2.2 D-CAT Automaat), die remingrepen uitvoert en de gordelspanners activeert wanneer er een aanrijding dreigt, of deze zoveel mogelijk beperkt.

De prijslijst begint bij 23.940 voor de 1.6 VVTi Comfort. De Wagon kost 1000 euro meer. De dieselmodellen beginnen bij 28.570 euro, als 2.0 D-4D Comfort. Voor 41.380 euro doe je zaken voor de 2.2 D-CAT 177 Executive Business.